Alle artikelen

Wat te doen als kinderen vragen naar je werk?

We gaan elke dag naar ons werk, zodat we in ons levensonderhoud kunnen voorzien, onszelf kunnen ontplooien en financiële stabiliteit voor onszelf en onze familie kunnen waarborgen. Daarbij staan we er vaak niet bij stil hoe weinig we met onze kinderen over ons werk praten en hoeveel onbeantwoorde vragen er in hun hoofd kunnen blijven. Kinderen zijn van nature nieuwsgierig.

Een eenvoudig antwoord als „Mama moet naar haar werk” is tegenwoordig niet genoeg. Een kind wil weten waar zijn ouders een groot deel van de dag doorbrengen. Het moet begrijpen waarom we naar het werk gaan en wat we daar doen. Kinderen die duidelijke antwoorden van hun ouders krijgen, voelen zich veiliger, kunnen de scheiding tijdens werkdagen beter aan en ontwikkelen geleidelijk een positieve en gezonde houding ten opzichte van werk.

Wanneer en waarom met kinderen over werk praten?

Uit gesprekken met psychologen, pedagogen en ouders weten we dat je al op zeer jonge leeftijd op een sensitieve manier over werk kunt praten. Een kind van twee à drie jaar begrijpt het principe dat ouders naar hun werk gaan, ook al begrijpt het dat nog niet volledig. Het is goed om eenvoudige zinnen te gebruiken zoals „Ik ga werken om geld te verdienen zodat we eten kunnen kopen” of „Op mijn werk help ik mensen die ziek zijn.” Naarmate het kind ouder wordt, kun je geleidelijk meer details toevoegen.

De belangrijkste winst van open communicatie is preventie van negatieve emoties, zoals angst of onzekerheid bij het kind. Het kind begrijpt ook beter dat volwassenen verplichtingen en verantwoordelijkheden hebben – wat bijdraagt aan meer emotionele stabiliteit.

Praten over werk brengt ook andere voordelen. Het kind leert verantwoordelijkheid, de waarde van geld en begint beter te begrijpen waar de dingen vandaan komen die het dagelijks gebruikt. 

Open actief en regelmatig het onderwerp werk, bijvoorbeeld wanneer je thuiskomt of tijdens een gesprek aan tafel.

Hoe leg je een kind eenvoudig uit wat voor werk je doet?

Probeer aan je kind uit te leggen wat jouw werk inhoudt. Ben je bijvoorbeeld verpleegkundige, laat je kind dan een speelgoed-dokterskoffertje zien. Zeg dat je zieke mensen helpt, hun temperatuur meet en medicijnen geeft zodat ze zich beter voelen. Een kind begrijpt dit het gemakkelijkst op een visuele en speelse manier.

Voorbeelden van verschillende beroepen kun je op elk moment van de dag geven. Het beroep van verkoper kun je tijdens het samen boodschappen doen laten zien. Vertel erbij wat de verkoper doet (geld tellen, goederen meegeven). Een buschauffeur herkent een kind gemakkelijk onderweg van huis – laat het de stappen zien: hoe mensen instappen, de chauffeur de kaartjes controleert, de bus bestuurt en op de veiligheid let.

Een goede strategie is om je kind af en toe rechtstreeks mee te nemen naar je werkplek. Kinderen maken op een speelse manier kennis met de omgeving, zien je collega’s en leren de realiteit van jouw dag kennen. Zo ontstaat een concreet beeld van waar je bent als je niet thuis bent, wat hun zorgen wegneemt.

Een concreet voorbeeld van een dialoog met een kind kan er zo uitzien: Kind: „Waarom ga je elke dag ergens heen?” Jij: „Ik ga naar mijn werk. Dat is een plek waar ik mijn werk doe, net zoals een juf in de kleuterklas. Ik help mensen met computers, zodat zij kunnen werken.”

Hoe bouw je bij kinderen gezonde werkwaarden en -houdingen op

Tijdens gesprekken over werk heb je een ideale gelegenheid om het bredere doel van werk te tonen. Leg kinderen uit dat werk niet alleen een noodzakelijk kwaad is. Praat over werk door bijvoorbeeld te benoemen dat je anderen helpt of dat je werk interessant is. Kinderen nemen jouw houding gemakkelijk over.

Werk moet worden voorgesteld als een natuurlijke activiteit die bij het leven hoort en waarmee we bijdragen aan het functioneren van de samenleving. Benadruk ook het voordeel dat de activiteit jou zelf brengt – bijvoorbeeld dat je je graag nuttig voelt en dat het je plezier geeft wanneer je iets voor elkaar krijgt. Leer je kind begrijpen dat iedereen een belangrijke rol in de samenleving heeft – de vuilnisman net zo goed als de arts of de boer.

Hoe beantwoord je moeilijke vragen van kinderen over werk en baan

Soms doet zich een lastige situatie voor waarin je ook minder vrolijke vragen moet beantwoorden. Bijvoorbeeld, als een ouder zijn of haar baan verliest, is het belangrijk de situatie gevoelig maar eerlijk uit te leggen. Kies woorden die passen bij de leeftijd van het kind en focus vooral op het positieve aspect – jullie zullen meer tijd samen doorbrengen of je gaat bijvoorbeeld op zoek naar een nog betere baan waar je gelukkiger zult zijn.

Kinderen vragen ook vaak waarom sommige beroepen gevaarlijk lijken. Leg uit dat er veel beroepen zijn die echt veeleisend zijn – bijvoorbeeld brandweerman, soldaat of arts op de spoedeisende hulp. Zeg er tegelijk bij dat deze mensen speciaal zijn opgeleid om met de ontstane situaties om te gaan. 

Het kan gebeuren dat een kind ongenoegen uit omdat een ouder steeds aan het werk is. Probeer uit te leggen dat dit is zodat je het een goed en gelukkig leven kunt bieden en eten, kleding en speelgoed kunt kopen. Benadruk ook dat het voor de ouder niet altijd prettig is, maar dat je probeert zo vaak mogelijk bij het kind te zijn.

De vraag „En waarom moet je eigenlijk steeds maar werken?” behoort tot de moeilijkste. Passende antwoorden kunnen bijvoorbeeld zijn: „Omdat mensen elkaar helpen – ik help mensen hun auto te repareren en als beloning kunnen wij dingen kopen die we nodig hebben voor een goed leven.” Zo leg je het kind de verbondenheid en wederzijdse afhankelijkheid tussen mensen uit.

De meest voorkomende fouten bij gesprekken met kinderen over werk 

Ouders kunnen onbewust negatieve emoties over werk doorgeven. „Was ik maar niet naar dat werk hoefde”, „Weer dat werk” of „Kon ik maar vrij zijn.” Een kind onthoudt zulke zinnen makkelijk en krijgt het idee dat werk iets negatiefs en onaangenaams is. Dat betekent niet dat je niet eerlijk mag zijn – benoem liever concrete situaties en gevoelens („Vandaag ben ik moe, omdat het op het werk ontzettend druk was”), maar vermijd algemene negatieve uitspraken over werk als zodanig.

Praat actief met je kind over je werk. Dat helpt het de wereld beter te begrijpen. Als je beter met je kind over werk wilt communiceren, kan de aanschaf van een boek helpen.